Weg met de politieke religie!

Harde bezem door het systeem...

Wie denkt dat ik hier ga schrijven over de politiek islam heeft het helemaal mis. Ik wil hier een pleidooi houden voor het afbreken van alle religieuze aspecten binnen ons politieke en juridische systeem.

De religie dient weer de plaats te krijgen waar het hoort: thuis en in het gebedshuis. Religie is een privé aangelegenheid en daar heeft de staat zich verre van te houden. Dit lijkt een makkelijke redenering in een land met de scheiding van kerk en staat. Dat is het echter helemaal niet. Nederland kent weliswaar een scheiding van kerk en staat, maar geen scheiding van geloof en beleid. En daar zit het cruciale verschil.

We voeren al jaren het debat met moslimorganisaties en andere religies over hun rol binnen de Nederlandse samenleving en hun invloed op het beleid. Dat doen we echter met een dubbele moraal want binnen en buiten het Binnenhof is men maar wat bang dat de politieke islam een poot aan de grond krijgt in Nederland. Als je kijkt naar de demografische ontwikkelingen in Nederland dan is die angst niet onterecht. Natuurlijk zijn niet alle moslims extremisten. De groep fundamentalisten is gelukkig heel klein. De opvattingen binnen de islam over elementaire mensenrechten wijkt echter wel op veel punten af van de Westerse interpretatie. Ik hoef in dit verband alleen maar te wijzen op de scheiding van kerk en staat. Alleen in Turkije is dat formeel geregeld. De praktijk is zelfs daar echter minder rooskleurig.

Het debat over de integratie zal na de moord op Theo van Gogh in alle hevigheid verder gaan. Wat ik mis in dat debat is de noodzakelijke zelfreflexie door ons 'autochtone' Nederlanders. Wij gaan er in de discussies steeds vanuit dat ons systeem een onveranderlijke basis is. Maar... hoe kunnen wij verwachten van anderen dat ze hun religieuze opvattingen loslaten in het politieke debat terwijl onze wetgeving is doorspekt met christelijke waarden en normen?

Ons politiek systeem is schizofreen. Enerzijds doen we alsof iedereen een maximale vrijheid heeft, anderzijds wordt die vrijheid met allerlei religieus geïnspireerde argumenten ingeperkt.

Laat ik zo maar eens een voorbeeld geven. De door het CDA gedomineerde discussie over de huidige winkeltijdenwet maakt het de inwoners in ons land onmogelijk om op zondag boodschappen te doen. Ik word dus beperkt in mijn vrijheid. Ik ben geen christen en heb er geen begrip voor dat een minderheid (!) in ons land mij discrimineert. Niemand vraagt de christen om wél te gaan winkelen op zondag. Niemand verplicht de christelijke winkelier zijn winkel op zondag wél open te gooien. Het is echter belachelijk dat een niet gelovige winkelier het niet mag, omdat die christelijke winkelier dat zo heeft geregeld met het CDA.

Deze discussie voorkomen we door de Nederlandse wetgeving religie-neutraal te maken. De grens wordt niet: het mag niet omdat een religieuze groep daar bezwaar tegen maakt. De grens moet worden: alles mag, zolang je de vrijheid van anderen maar respecteert.

In het voorbeeld hierboven betekent dat de winkels zeven dagen in de week vierentwintig uur per dag open mogen zijn. Dat er aanvullende wetgeving nodig is om de arbeidstijden van personeel te regelen, staat niet ter discussie. Je zou er zelfs voor kunnen kiezen om het maximaal aantal openingsuren per winkel te reguleren, zolang de ondernemer maar zelf kan bepalen wanneer hij open kan zijn.

Dit is slechts één voorbeeld. Een ander veel belangrijker voorbeeld is het religieus (bijzonder) onderwijs. De nooit op gang komende discussie over artikel 23 van onze Grondwet. Willen wij religie en politiek scheiden dan zullen we moeten beginnen bij het onderwijs. Er moet één schoolsysteem komen waarbinnen de kinderen wel kennismaken met onder andere de wereldgodsdiensten en politieke stromingen, maar waar godsdienstonderwijs geen onderdeel is van het lesprogramma. Religie is een privé aangelegenheid, dat hoort niet thuis op school. Om een samenbindend gevoel in een samenleving te krijgen, is het van belang dat kinderen van jongs af aan samen optrekken. Scholen met verschillende levensovertuigingen naast elkaar dragen daar niet toe bij. Daarover vliegen de voor- en tegenstanders elkaar al jaren in de haren. Tot op heden heeft niemand mij echter van het tegendeel kunnen overtuigen.

En er zijn nog tal van voorbeelden te geven. Deze week legde één of andere wereldvreemde bisschop of kardinaal in het Vaticaan weer eens een misselijk makend verband tussen de zeer zorgvuldig geregelde euthanasie op zwaar lijdende kinderen in het Academisch Ziekenhuis van Groningen en nazi Duitsland. Dat soort schandalige vergelijkingen blijven bestaan zolang we een gespleten politiek systeem hebben. Als we met elkaar afspreken dit soort zaken buiten het politiek debat te houden en ons beperken tot formele procedurele afspraken (het mag onder die en die voorwaarden), dan kunnen wij tegen deze Katholieke fundamentalist zeggen dat hij zijn mening mag verkondigen én dat hij zijn achterban in Nederland mag dreigen met hel en verdoemenis als ze euthanasie zouden laten plegen, maar dat de overheid daar inhoudelijk verder niets mee te maken heeft. Als hij groepen binnen de samenleving wil beledigen dan moet hij dat vooral doen, dat is zijn vrijheid van meningsuiting. Hij mag echter niet verwachten dat de Nederlandse staat zijn kant kiest, want de staat kiest hier geen kant. En we hoeven er dan ook geen Kamervragen over te stellen of een minister van Buitenlandse Zaken op af te sturen om de zoveelste vergeefse poging te doen deze Roomse extremist op andere gedachten te brengen.

De verschillende groepen zullen binnen onze samenleving naast elkaar verder moeten. Dan is het van belang zoveel mogelijk vrijheid te creëren om daarmee alle groepen zoveel mogelijk ruimte te bieden. Om dat te realiseren is het noodzakelijk het centrale domein (het overheidsbeleid) helemaal religie-vrij te laten zijn. Dan is het mogelijk om tegen iedere fundamentalistische groep te zeggen dat ze hier aan het verkeerde adres zijn. Ze mogen leven zoals ze willen, maar hebben de rechten van anderen te respecteren, zoals wij hun rechten respecteren. Als dat de onaantastbare basis van de samenleving wordt, dan hoeven christen ook niet bang te zijn dat ze straks in het eigen land onderdrukt worden.

© Harold Makaske 3 november 20042356 - Hoofdstuk: 5. Losse gedachten